Welke ziektes kunnen veroorzaakt worden door asbest?
De gezondheidsrisico’s verbonden aan asbest doen zich voor bij inademing. Loutere aanraking of aanwezigheid van asbest houdt op zich geen risico in. Daarom zijn enkel metingen van asbestvezels in de lucht relevant met betrekking tot de vraag naar actuele blootstelling. Dat het risico loopt via inademing verklaart bijvoorbeeld waarom men steeds een onderscheid maakt tussen gebonden en niet-gebonden asbesttoepassingen. Inderdaad, de meest risicovolle toepassing is isolatie via spuitasbest (zoals in het Berlaymontgebouw) waar bijna zuivere asbest (+90%) gespoten werd op metalen structuren van gebouwen, schepen of treinstellen. Daarbij kwamen uiteraard veel vezels vrij, wat een hoog gezondheidsrisico inhield voor de arbeiders. Eternit heeft nooit spuitasbest geproduceerd, wel asbestcement. In deze laatste toepassing zijn de vezels gebonden in het materiaal (cement) en maken 10 à 15% (versus 90% spuitasbest) van het materiaal uit.
De gezondheidsrisico’s verbonden aan de activiteiten van Eternit deden zich dus voornamelijk voor tijdens de productie, wat verklaart dat de overgrote meerderheid van de slachtoffers ex-werknemers zijn. Dit maakt de problematiek voor ons ook bijkomend moeilijk aangezien de slachtoffers voornamelijk vroegere collega’s zijn. Dit wil niet zeggen dat als familieleden van een werknemer of iemand uit de omgeving ziek zou worden, dit niet even schrijnend is.
Zijn er in België voorzieningen getroffen voor asbestslachtoffers?
Het wijd verbruik van asbest in vele sectoren en beroepen (zoals hierboven uiteengezet) heeft ervoor gezorgd dat in de jaren '50 en '60 een kwart van alle beroepsactieve mannen in hun job aan asbest werden blootgesteld. Daarnaast werden ook mensen blootgesteld in de privésfeer (zie hierboven).
Op basis van diverse onderzoeken en beschikbare cijfers in diverse landen weet men dan ook dat meer dan 90% van de asbestslachtoffers niets met de asbestcementindustrie te maken heeft. Dit is de industrie waarin Eternit actief was. In België waren er naast Eternit nog 5 andere asbestcementbedrijven actief.
Dit wil echter niet zeggen dat Eternit geen slachtoffers te betreuren heeft onder haar voornamelijk (ex-)werknemers en/of dat elk slachtoffer er geen te veel is.
Asbest is dan ook een ruim maatschappelijk probleem. In 2006 werd dan ook naast het bestaande Beroepsziekte systeem (FBZ) een Schadeloosstellingfonds voor alle asbestslachtoffers in België ingevoerd. Het feit dat dit Fonds gezamenlijk wordt gefinancierd door de overheid, door alle bedrijven en door de zelfstandigen is dan ook terug te brengen op deze gevolgen in diverse sectoren en beroepen.
Volgens alle studies in binnen-en buitenland (incl. de recente cijfers van dit Asbestfonds (2007-2012)) is 80% van de mesothelioomslachtoffers veroorzaakt door beroepsmatige blootstellingen. Blootstelling door het gemiddeld meer dan 45 jaar (cfr. latentietijd mesothelioom bedraagt gemiddeld 45 jaar) geleden wonen in de buurt van een asbestverwerkend bedrijf zou in België verantwoordelijk zijn voor 1,8% van de slachtoffers.